In de loop van zijn 300 jaar lange bestaan heeft het Koor van de Munt een eigen ziel en persoonlijkheid ontwikkeld, die onder impuls van de opeenvolgende koorleiders voortdurend worden bijgeschaafd. De voorbije decennia werd het koor achtereenvolgens geleid door Gunther Wagner, Johannes Mikkelsen, Catherine Alligon, Werner Nitzer, Renato Balsadonna en Piers Maxim,Martino Faggiani, en sinds 2023 door Emmanuel Trenque.
Het koor heeft in de eerste plaats een vitale functie in de operaproducties van de Munt. Of de zangers nu hun stem verlenen aan anonieme volksmassa’s dan wel aan afgetekende en herkenbare individuen: zowel op het vlak van stem als acteerspel liggen de eisen van de hedendaagse opera bijzonder hoog. Dat het Koor van de Munt aan die dubbele verwachtingen kan beantwoorden, bewees het in intense producties als Cendrillon, Don Quichotte (Massenet), Les Huguenots (Meyerbeer), Hamlet (Thomas), Lucrezia Borgia en L’elisir d’amore (Donizetti), Aida (Verdi), Dialogues des Carmélites (Poulenc), Cavalleria rusticana & Pagliacci (Mascagni/Leoncavallo) of nog La Gioconda (Ponchielli). Het Franse en Italiaanse repertoire dus, waarmee het historisch gezien een grote affiniteit heeft. Maar ook in producties als Rusalka (Dvořák), Parsifal (Wagner), Daphne (Strauss), Jenůfa (Janáček), Lohengrin (Wagner), Hertog Blauwbaards burcht (Bartók) of wereldcreaties als Frankenstein (Grey) toonde het koor zijn veelzijdigheid. Niet alleen de grote repertoirestukken van vrijwel elke operacultuur werden al met succes uitgevoerd, ook minder bekende werken als Fierrabras (Schubert), La vestale (Spontini), Béatrice et Bénédict (Berlioz), Demon (Rubinstein), de opera’s van Rachmaninov (Troika), De gouden haan (Rimski-Korsakov) of moderne koorpartijen als Le Grand Macabre (Ligeti), Œdipe (Enescu) en Sweeney Todd (Sondheim / Wheeler) vormen geen probleem.
Naast deze grote scenische producties wijdt het Koor van de Munt zich ook aan het koor- en symfonisch repertoire in de brede zin. Concertante opera’s zoals Roméo & Juliette (Gounod), Guillaume Tell (Rossini), Pénélope (Fauré) of Robert le Diable (Meyerbeer) maar ook de requiemconcerten – Verdi’s Messa da requiem, Brittens War Requiem, Berlioz’ Grande Messe des morts of het Requiem van Dvořák bijvoorbeeld – zijn jaarlijkse hoogtepunten.
Hoewel het Muntkoor de natuurlijke partner is van het Symfonieorkest van de Munt, wordt het ook vaak uitgenodigd voor concerten of muzikale samenwerkingen met andere ensembles. Zo bracht het in 2012 La Muette de Portici (Auber) in de Opéra Comique te Parijs.