Op iemand als zij hebben we zitten wachten
Julia Bullock, meer dan een sopraan
- Leestijd
- 7 min.
“Een van de meest unieke artiesten van haar generatie” (The New York Times); “Een overdadig begaafde sopraan” (The New Yorker); “Op iemand als zij hebben we zitten wachten” (Peter Sellars). Voor wie mocht twijfelen: The Big Apple ligt al helemaal aan haar voeten. Nu België nog. Een gesprek met Julia Bullock, de drijvende kracht achter Zauberland.
“Ik voelde aanvankelijk enige angst, een zekere terughoudendheid bij het project”, merkt Julia Bullock op wanneer we haar vragen naar de uitnodiging van Bernard Foccroulle om mee te werken aan Zauberland. “Behalve de fysieke eisen die het stuk stelt, valt het vertellen van een verhaal over een vluchtelinge wat buiten mijn referentiekader. Een van de redenen waarom ik voor bepaalde projecten kies, is dat ik wil bijleren. Het is niet duidelijk waarom deze vrouw Schumann zingt, of hoe dit aspect verbonden is met de rest van het materiaal; het wordt een soort van droomsequentie. Iets dat niet volledig vastgeworteld zit in één groot verhaal, en ons dus een zekere vrijheid laat, wat ruimte voor meer menselijke waarheden. Iedereen die over deze schrijnende migratiecrisis heeft gelezen of beelden ervan heeft gezien, zal zich meteen betrokken voelen. Doorgaans organiseren we onze geest op een manier als ‘Dit is mijn verhaal, en dat is hun ervaring.’ Die manier van denken wordt in dit werk wat confuus.”
Over Zauberland
Zauberland (Toverland) is een scènische voorstelling waarbij Robert Schumanns liedcyclus Dichterliebe (1840) vervlochten wordt met 19 nieuwe liederen van componist en gewezen Muntdirecteur Bernard Foccroulle en auteur Martin Crimp. Geïnspireerd door de Europese migratiecrisis, vertelt het het verhaal van een zwangere vluchtelinge die haar man en familie in Aleppo verlaat om een nieuw leven in Keulen te beginnen. De vrouw kruist niet enkel geografische grenzen maar ook de grens tussen waken en slapen. Terwijl ze wacht op de toegang tot een land dat veiligheid en vrede belooft, wordt ze achtervolgd door nachtmerries over de door oorlog verscheurde stad die ze heeft achtergelaten. De regie is in handen van Katie Mitchell.
Op het podium houdt Bullock met haar heldere sopraanstem en een heel specifieke, persoonlijke emotionaliteit het publiek in haar ban. En dat doet ze even vlot in werken als Purcells The Indian Queen of Stravinsky’s The Rake’s Progress als in hedendaagse opera’s als John Adams’ Doctor Atomic. Geen verrassing dus dat ze met haar veelzijdige talent de muze van moderne componisten werd. “Ik zeg hen: schrijf zoals je denkt te moet schrijven, en als het opzet duidelijk is, als het echt doordacht is geschreven, dan kan ik er vocaal altijd mijn weg in vinden”, vertelt ze. “Ik voel me echt bevrijd door wat componisten van me eisen en door de verschillende soorten stemgebruik waartoe ze me aanmoedigen. Uiteindelijk is dat ook nuttig voor mijn andere muzikale activiteiten.”
Bullocks verkenning van het standaardrepertoire is voor haar leerrijk bij de interpretatie van nieuwe muziek. Toch zou ze haar aanvankelijke relatie met Dichterliebe – een verklanking van de hyperromantische poëzie van Heinrich Heine – omschrijven als “absoluut angstaanjagend en schrikwekkend. Het is een van die grote werken die tot de canon behoren, maar dit was het eerste stuk van Schumann dat ik voor publiek zong. Hij was geen componist die ik had afgeschreven, maar toen ik voor het eerst klassieke muziek ging studeren, vond ik dat deze muziek me ondanks de inherente schoonheid niet op dezelfde manier aangreep als die van bijvoorbeeld Hugo Wolf. Nu ik meer tijd heb besteed aan zijn muziek en ik meer te weten ben gekomen over Schumann en Heine, ontdekte ik in Heines schriftuur een ironie waar ik me sterk aan hecht. Misschien bekijk ik deze muziek nu als iemand met meer maturiteit, maar ik ben niet op zoek naar de gemakkelijkste weg. Wat Schumann en Heine blootleggen is een hypergevoelige blik op om het even welke liefdesrelatie die je zou kunnen hebben. Ja, er is die overweldigende lieflijkheid. Maar wanneer je op het einde aankomt op een punt dat je begint te twijfelen aan de legitimiteit van die lieflijkheid, dan heeft dat het overrompelende effect dat je bijna je hele perceptie van de werkelijkheid in vraag stelt.”
Julia Bullock brengt niet alleen een hele stroom aan nieuwgeschreven werken voor het voetlicht, ze krijgt ook de kans om zelf programma’s vorm te geven. In het seizoen 2018-19 werd ze aangesteld tot artiest-in-residentie in het Metropolitan Museum of Art, waar ze als curator en uitvoerster een gevarieerd en sociaal bewogen repertoire bracht, gaande van een kamermuziekarrangement van John Adams’ kerstoratorium El Niño tot een programma met muzikale zettingen van de poëzie van Langston Hughes en History’s Persistent Voice, een recital met slavenliederen, waarbij ook nieuwe composities van vier gekleurde vrouwen in wereldpremière gingen. Ook Perle Noire: Meditations for Joséphine stond op het programma, een beklijvend portret van Josephine Baker dat voor Bullock, die net als Baker in St. Louis is geboren, een signature piece is geworden. Het werk, dat ze in samenwerking met regisseur Peter Sellars creëerde, wordt in april van dit jaar in het Parijse Théâtre du Châtelet voorgesteld.
Anders dan bij pakweg een nieuwe operaproductie biedt Perle Noire en nu ook Zauberland Bullock de kans om haar interpretatie van een stuk te doen rijpen. “Voortdurend nieuwe dingen aansnijden, dat betekent ook dat je veel tijd spendeert aan het je eigen maken van het materiaal”, zegt ze. “Maar bij stukken die ik op mijn repertoire heb staan en al in veel steden heb gezongen, kan ik in de loop van een seizoen of twee aspecten veranderen. Het is echt een plezier om je ook eens voor een wat langere tijd met één bepaald werk in te laten.”
‘Plezier’ is misschien wel het meest treffende woord om te beschrijven wat je als luisteraar voelt wanneer Julia Bullock haar kunst op het podium brengt – ongeacht de stemming van het stuk. “Ik weet niet of ik de gedachte aan hoe ik gepercipieerd word ooit uit mijn hoofd zal kunnen wissen als ik het podium betreed”, zegt ze. “Maar het is goed om te weten dat wat je op artistiek vlak wilt bereiken, verder gaat dan een persoonlijke reflectie over jezelf. Het laat me vaak toe om te stoppen met denken aan hoe ik persoonlijk overkom, of hoe mijn stem klinkt. Mijn focus ligt op de muziek, de boodschappen van het werk, en op iets een moment lang zo compleet mogelijk te voelen. En dat is wat iedereen bevrijdt.”
Dit artikel verscheen met de vriendelijke toestemming van Playbill.
Vertaling: Xavier Verbeke