De Munt / La Monnaie DE MUNT / LA MONNAIE

Sterk zijn betekent echt wel meer dan met je spierballen rollen

Judith Vindevogel over ‘Drie Sterke Vrouwen’

Leestijd
7 min.

Judith Vindevogel heeft er zowat haar levenswerk van gemaakt om kinderen te laten kennismaken met de magie van een authentieke muziek- en theaterbeleving. In de Munt doet ze dat binnenkort met Drie Sterke Vrouwen, een actuele hervertelling van een oud Japans verhaal. Elke gelijkenis met bestaande personen, gebeurtenissen of maatschappelijke ontwikkelingen berust niet op toeval!

Wat was de inspiratie voor de voorstelling?

De voorstelling is geïnspireerd op een kinderboek waar mijn dochter als kind verzot op was. Daarin wordt het verhaal verteld van een stoere worstelaar, die op zijn pad drie vrouwen tegenkomt. Tot zijn grote verbijstering blijken zij veel sterker te zijn dan hijzelf. Het is een vrij simpel verhaal dat de draak steekt met genderclichés. In die zin zou je Drie Sterke Vrouwen kunnen beschouwen als een deel van een drieluik. Ook Prinses Turandot en Fidelio, de twee sprookjesopera's die ik maakte, gingen namelijk over 'sterke vrouwen'; vrouwen die niet beantwoorden aan het clichébeeld waarmee kinderen tot op de dag vandaag opgroeien. Meisjes moeten geen prinsessen zijn die gered moeten worden door een stoere prins. In Fidelio is het Leonore die haar lief gaat redden uit de gevangenis. En Turandot is niet alleen bloedmooi maar ook heel slim en geen katje om zonder handschoenen aan te pakken. In dit verhaal zijn het Malala, Razanna en de oude Anna, drie sterke vrouwen, die Eeuwige Berg leren dat 'sterk zijn' echt wel wat meer betekent dan zo maar wat met je spierballen rollen.

Vanwaar de namen Anna, Malala en Razanna?

Daarmee wilde ik refereren aan de Russische journaliste Anna Politkovskaja (1958-2006), de Palestijnse verpleegster Razan Al-Najjar (1997-2018) en de Pakistaanse kinderrechtenactiviste Malala Yousafzai (1997). Ze werden alle drie neergeschoten. Malala was de enige die de aanslag overleefde. Wat deze vrouwen met elkaar gemeen hebben is hun gedrevenheid en de moed om ondanks de intimidaties en het geweld waarmee ze geconfronteerd werden, te blijven ijveren voor de fundamentele rechten van de mens, los van etniciteit of geslacht. Ik schreef de tekst met deze drie vrouwen in het achterhoofd, maar tegelijkertijd ook denkend aan zoveel andere vrouwen, overal ter wereld, die zich elke dag opnieuw inzetten voor een humanere samenleving.

Razanna vindt dat iedereen recht heeft op zuiver water en dat elke zieke verzorgd moet kunnen worden. Zij leert Eeuwige Berg alles over groeikracht. Malala vindt dat iedereen naar school moet kunnen gaan en leert Eeuwige Berg alles over zwaartekracht, spankracht en trekkracht. Anna is de oude wijze vrouw die een kat een kat durft te noemen en Eeuwige Berg alles leert over veerkracht en wilskracht. Samen staan deze drie vrouwen symbool voor de leerkracht, het vermogen om te leren. Misschien wel de allermooiste kracht die er is.

© Sarah Yu Zeebroek
Waarom vind je het belangrijk om die andere aspecten van sterk zijn te benoemen?

In het oorspronkelijke verhaaltje ligt de nadruk uitsluitend op de fysieke kracht van de drie vrouwen. Maar ik geloof dat een mens op heel veel verschillende manieren sterk kan zijn. De taal die onze kinderen dagdagelijks te horen krijgen, staat sowieso al bol van de krachtmetingen. Ook het politieke discours verhardt met de dag: “Trump en Kim Il doen aan spierballengerol”, Theo Franckens actie in het Maximiliaanpark is “een bewijs van spierballengerol”, de Amerikaanse klimaatlobby “laat haar spierballen rollen” en “Hollande heeft te laat met zijn spierballen gerold”. Vrouwen zijn dan weer goed bezig als ze “hun mannetje” staan. Ik vind het belangrijk om tegenover al dat machogedoe ook andere vormen van kracht te kunnen plaatsen. Wij leven in een samenleving die in sneltempo verandert. Niet alleen wilskracht en veerkracht maar ook verbeeldingskracht, de bevrijdende kracht waarover de koning spreekt, lijken me geen onbelangrijke sterktes om te ontwikkelen. De voorstelling gaat voor mij dan ook over veel meer dan enkel het doorprikken van genderclichés.

De voorstelling gaat voor mij dan ook over veel meer dan enkel het doorprikken van genderclichés.

Ook met de kracht van de stilte proberen we in de voorstelling te spelen. We zijn zo gefocust op doen doen doen, snel, sneller, snelst, luid, luider, luidst. We twitteren er op los, we moeten 'snel' weg zijn met digitale toestellen, die elkaar ook nog eens in sneltempo opvolgen. Steeds meer kinderen zijn gestressed, hebben ADHD of zijn overprikkeld. Hoe kunnen we hen leren dat ook luisteren en geduldig wachten waardevol zijn? Ik zocht een manier om tijdens de voorstelling een symbolische minuut stilte in te lassen. Zo ben ik op het idee van het krachtdier gekomen. Om zijn krachtdier te kunnen ontmoeten, moet Eeuwige Berg zo stil kunnen zijn als een muis én zo aandachtig als een poes. Voor Eeuwige Berg is het de ultieme krachtoefening voor hij naar het paleis van de koning gaat. Nu is het niet evident om een hele groep lagereschoolkinderen stil te krijgen. Maar tijdens de try-outs hebben we gemerkt dat het wel kan.

Waarom deze keer geen sprookjesopera maar een muziektheatervertelling?

Een paar jaar geleden was Tsubasa Hori één van de residenten op onze Feniks Festival. Toen ik haar bezig zag op haar taiko, moest ik onmiddellijk aan het verhaaltje van de Drie sterke vrouwen denken. Samen met haar heb ik het eerste deel van het oorspronkelijk verhaaltje enkele keren voorgelezen aan een publiek terwijl zij op de koto, een Japanse harp, speelde. De eenvoud van die vertelling beviel me wel. Later vroeg ik Sarah Yu Zeebroek erbij omdat het me een mooi idee leek om dit verhaal met drie vrouwen te vertellen, elk op onze manier, zonder een rolletje te moeten spelen.

De taal die onze kinderen dagdagelijks te horen krijgen, staat sowieso al bol van de krachtmetingen.

We kozen wel opnieuw voor een intieme setting. Ook nu kunnen de kinderen het verhaal van dichtbij meemaken. Die nabijheid en die directheid vind ik belangrijk, zeker voor een vertelling. Het decor dat Stef Depover ontwierp, een kleine arena met een skelettenstructuur van bamboe, is zowel eenvoudig, functioneel als symbolisch. De arena is de plaats waar de worstelwedstrijd plaatsvindt. Bamboe is een Aziatische plantensoort die tegelijkertijd heel licht en toch heel sterk is, net zoals de vrouwen in het verhaal.

Sarah maakt tijdens de voorstelling vier grote tekeningen. De kinderen zien de tekening ter plekke ontstaan en soms duurt het even voor ze zien wat een tekening wordt. Ook de overheadprojector laat toe dat kinderen het verband zien tussen Sarah die tekent en wat er in het groot geprojecteerd wordt. Voor ons is zo’n projector ondertussen al old school, maar voor kinderen is het pure magie. Omdat de drie vrouwen staan voor veel vrouwen, sterke vrouwen van vroeger, nu en straks, koos Sarah ervoor om de vrouwen geen 'gezicht' te geven maar hen uit te beelden aan de hand van drie meetkundige basisvormen, driehoek, vierkant cirkel, en de primaire kleuren rood, geel en blauw. Tsubasa componeerde de muziek en leerde ons traditionele volksliedjes van oude etnische Japanse volkeren zoals de Aino.

Ontwerpster Lies Van Assche koos voor ‘papieren' kostuums om deze sterke vrouwen ook in hun kwetsbaarheid te laten zien. Samen met kleedsters Ryoko en Bea, die de Japanse traditie van origami heel goed kennen, heeft ze verschillende technieken uitgeprobeerd om het schaduwspel, dat ontstaat uit de geplooide vormen, te vertalen naar textiel. De papieren kostuums suggereren tegelijkertijd ook heel mooi dat deze vrouwen ook nadat ze zijn neergeschoten, verder leven als de hoofdfiguren uit een verhaal dat van generatie op generatie doorverteld kan worden:

Ik wou dat ik van papier was en van dik karton. Ik wou dat ik je boek was en dat jij me lezen kon.